In juli van het jaar 1968 raakte ik zwaar verliefd op M. Hoewel onze zomer slechts zes weken duurde - toen ging M terug naar haar vroegere vriendje - gebeurde er van alles. Ik zakte voor mijn herexamens aardrijkskunde en geschiedenis; ik zette zonder het te weten het jeugdkamp, waar M leidster was, in rep en roer; ik kreeg een proces verbaal omdat ik het getoeter van twee rijkswachters negeerde en naast M bleef fietsen op een drukke weg.
Pater Armand, die in Lourdes een bedevaart begeleidde, schreef me: 'Beste Miel, wat me nog het meest verwondert is dat ge meer treurt om de verloren vriendschap van en met een meisje dan om het niet slagen voor uw herexamens. Is dat geen teken van misplaatst accent? De waardeladder in uw leven moet eens grondig worden nagekeken.'